Een aantal keren per jaar viert de gemeente het Heilig Avondmaal. Alle leden die belijdenis hebben gedaan gaan met elkaar aan tafel zitten, krijgen een stukje witbrood om op te eten en drinken een slokje rode wijn uit de zilveren beker.
Herinnering
Brood en wijn zijn een herinnering aan wat er met Jezus Christus gebeurde. Hij werd aan het houten kruis getimmerd. Zijn lichaam ging kapot. Zijn bloed stroomde, toen Hij die vreselijke doodstraf onderging. Brood en wijn staan symbool voor het lijden van Jezus Christus. Het brood is zijn lichaam en de wijn is zijn bloed. Daarom zijn we bij de viering van het Avondmaal een tijdje stil: het was vreselijk wat er met Hem gebeurde.
Tegelijk is het een viering. Het brood en de wijn worden uitgedeeld. Want Jezus verdiende door zijn doodstraf voor ons de vrijspraak. Zijn dood betekent voor ons het leven. Onze fouten worden door God vergeven. Wij krijgen nieuwe Geest-kracht en zijn op weg naar een heerlijk leven in de hemel. Het uitdelen van brood en wijn laat zien dat Christus aan ons zijn genade uitdeelt. We hoeven alleen maar onze hand op te houden om het te krijgen, in geloof.
De viering van het Avondmaal versterkt ook de beleving van het samen gemeente zijn. Zo verschillend als we zijn, we zijn toch één. We krijgen van hetzelfde brood, we drinken dezelfde wijn. We hebben dezelfde Heer, Jezus Christus.